Print deze werkafspraak

Eerstelijns Samenwerkingsafspraak (LESA), Apothekers en Trombosediensten Winterswijk

 

Inleiding

Deze eerstelijns samenwerkingsafspraak beschrijft de taken en verantwoordelijkheden van huisarts, specialist ouderenzorg, apotheker, trombosedienstarts en tandarts bij de behandeling en begeleiding van patiënten die worden behandeld met een antistollingsmiddel.

 

Deze samenwerkingsafspraak is opgesteld door;

  • Trombosediensten Winterswijk.
  • De huisartsen Zorg Oost Achterhoek (HZOA)
  • De Specialisten ouderengeneeskunde regio Winterswijk
  • De Apothekersvereniging Oost-Achterhoek (AVOA)
  • De Tandartsen regio Winterswijk en Neede

 

Deze eerstelijns afspraak wordt beheerd door de Trombosediensten Winterswijk, Eventuele aanpassingen op dit document kunnen worden doorgegeven aan de trombosedienst.

De aanpassingen worden ter goedkeuring voorgelegd aan een vertegenwoordiger van alle partijen die deel hebben genomen aan de ontwikkeling van dit document (vertegenwoordigers praktijk Janssen en Linssen Neede en Boland Winterswijk zoals vastgelegd in het document "Ketensamenwerking SKB" SKB ID 017483). Na de goedkeuring wordt het nieuwe document definitief verklaard. Het nieuwe document krijgt dan een nieuwe versiedatum.

Zonder aanpassingen is het document maximaal drie jaar geldig. Wanneer na twee jaar  geen aanpassingen zijn doorgevoerd in het document, wordt het document opnieuw ter goedkeuring voorgelegd aan alle partijen. Wanneer alle partijen het document goed hebben bevonden, krijgt het document een nieuwe versiedatum, die maximaal drie jaar geldig is. De coördinerende rol voor het versiebeheer, ligt bij de Trombosediensten Winterswijk.

Algemene gegevens trombosedienst


 

Het Klinisch Chemisch en Hematologisch Laboratorium van het Streekziekenhuis Koningin Beatrix (SKB) is in 2006 samen met het Klinisch Chemisch Laboratorium van het Slingelandziekenhuis (SZ) in Doetinchem een samenwerkingsverband aangegaan met de trombosedienst van het Deventer Ziekenhuis (DZ) tot de trombosedienst Deventer-Winterswijk-Doetinchem. Sinds 1 oktober 2015 heeft de trombosedienst van het SKB de samenwerking met het SZ en DZ beëindigd en is ze tot 31 december 2017 als een volwaardige trombosedienst met een eigen doseercentrum een partnerschap aangegaan met de trombosedienst van Medlon. Sinds januari 2018 gaan de trombosediensten ASCON en SKB samen verder als Trombosediensten Winterswijk. Door deze samenwerking wordt de trombosezorg in zowel Twente als de Oost-Achterhoek verzorgd. De bloedafnames vinden in de eigen regio plaats en de uitvoering van de stollingsbepalingen vinden plaats in het Klinisch Chemisch en Hematologisch Laboratorium van het SKB plaats. De trombosedienst heeft een eigen team dat vragen van trombosedienstpatiënten kan beantwoorden, waarbij altijd de hulp en expertise van de medisch leider en andere trombosedienstartsen kan worden ingeroepen.

 

 

2.1 Gegevens Trombosedienst

 

Trombosediensten Winterswijk

Adres: Streekziekenhuis Koningin Beatrix

Beatrixpark 1

7101 BN Winterswijk

Telefoonnummer:               0543-544111  op werkdagen tussen 8.00-12.00 en 13.00-17.00 bereikbaar

Intercollegiaal overleg:       0543-544109

Faxnummer:                       0543-544108

Email: trombosedienst@skbwinterswijk.nl

 

Bereikbaarheidsdienst: 06-23945690 op zaterdag, zon- en feestdagen tussen 17.00 – 18.00 is een trombosedienstmedewerker bereikbaar.

Buiten deze tijden is via de receptie SKB (0543-544444) een doseerarts bereikbaar.

 

2.2 Medisch leider Trombosedienst

 

Dr. M.J. Beinema MD, PhD

Arts / Medisch leider Regionaal Antistollingscentrum Deventer

Telefoonnummer: 0570-535037

E-mail: m.beinema@dz.nl

 

2.3 Voor welke vragen neemt u contact op met de trombosedienst?

 

Kantoor TD SKB: 0543-544111

Intercollegiaal overleg: 0543-544109

 

  • Medicijnveranderingen

 

2.4 Lijst van afkortingen

 

AIS

Apotheek Informatie Systeem

INR

International Normalized Ratio

LMWH

laag-moleculairgewicht heparine

NSAID

Non-Steroidal Anti-Inflammatory Drugs

TAR

trombocytenaggregatieremmers

Behandeling met cumarine en beleid bij bijzonderheden

3.1. Patiënt start met cumarine

 

  • De trombosedienst informeert de apotheker bij de eerste controle van de INR. De apotheker zet in AIS (Apotheek Informatie Systeem) het gebruik van cumarine op continu ten behoeve van de medicatiebewaking.
  • De apotheker controleert op interacties van reeds bestaande medicatie met cumarines en neemt zo nodig contact op met de voorschrijver over vervanging door en ander geneesmiddel.
  • Als de patiënt vanwege het gebruik van een NSAID een maagbeschermer nodig heeft, neemt de apotheker contact op met de voorschrijver van de NSAID.
  • De apotheker ontvangt per fax een brief van de trombosedienst, die ondertekend is door de patiënt, dat de patiënt gestart is met cumarine en onder behandeling is bij Trombosedienst SKB Winterswijk.
  • De apotheker stuurt per fax een actuele medicijnlijst van de patiënt naar de trombosedienst (F: 0543-544108).

 

3.2 Patiënt is ingesteld op cumarine

 

3.2.1 Medicijnveranderingen

  • De apotheker controleert vóór aflevering van nieuw voorgeschreven geneesmiddelen op interacties met cumarines en neemt zo nodig contact op met de voorschrijver over vervanging door een ander geneesmiddel. Als de patiënt, vanwege het gebruik van een NSAID in combinatie met andere factoren, een maagbeschermer nodig heeft, neemt de apotheker contact op met de voorschrijver.
  • Bij start of wijziging van een interacterend geneesmiddel, op recept en vrij verkrijgbaar, informeert de apotheker de trombosedienst mits de medicatie betrokken is bij de huisapotheek. Zo mogelijk wordt een stopdatum aangegeven. Voor het staken van medicatie blijft met name de patiënt verantwoordelijk. Bij voorschrift van een gecontraïndiceerd geneesmiddel en ontbreken van een gelijkwaardig alternatief, stuurt de apotheker een fax naar de trombosedienst (F: 0543-544108) of neemt telefonisch contact op met de trombosedienst (T: 0543-544111 / 0543-544109).
  • De apotheker faxt de trombosedienst bij voorschrijven van TAR of een ander geneesmiddel, dat de bloedingsneiging kan doen toenemen (F: 0543-544108).
  • De apotheker faxt de trombosedienst bij voorschrijven van een voedingssupplement met vitamine K, zoals nutridrink (F: 0543-544108).
  • De apotheker ontvangt bericht van de huisarts over het staken van een geneesmiddel.
  • De apotheker ontvangt een fax van de trombosedienst als de LMWH of een TAR gestopt wordt door de trombosedienst.
  • De apotheker ontvangt een fax van de trombosedienst als een patiënt wordt omgezet van de ene cumarine op de andere.

 

3.2.2. Beleid bij bloedingen

  • De apotheker levert voor coupering van een bloeding de eenmalig te gebruiken afgepaste hoeveelheid vitamine K zoals vermeld op het recept af en vertelt de patiënt dat het een eenmalige dosis is. Vanwege de urgentie bezorgt de apotheker zo nodig op werkdagen de vitamine K bij de patiënt thuis.

 

3.2.3. Doorgeschoten INR bij trombosedienst patiënten

  • De apotheker levert voor coupering van een te hoge INR de eenmalig te gebruiken afgepaste hoeveelheid vitamine K zoals vermeld op het recept af en vertelt de patiënt dat het een eenmalige dosis is. Vanwege de urgentie bezorgt de apotheker zo nodig de vitamine K bij de patiënt thuis.

 

3.2.4. Beleid bij tandheelkundige ingrepen

  • Om lokaal het bloedingsrisico te verlagen, kan de tandarts tranexaminezuur 5% mondspoeling voorschrijven. Deze mondspoeling is een magistrale bereiding. De apotheker koopt op voorschrijving van de tandarts deze mondspoeling in. Tandarts en apotheker spreken met elkaar hiervoor een termijn af. De mondspoeling heeft een houdbaarheid van 2 weken. De apotheek wenst ruim voor de ingreep een recept te ontvangen zodat de drank ingekocht en bereid kan worden.

 

3.3. Patiënt stopt met cumarine

 

  • Als de patiënt stopt met cumarine, ontvangt de apotheker per fax een stopbrief van de trombosedienst. De apotheker verwerkt het stoppen van het cumarine in het AIS.

 

Aandachtspunten

  • Van patiënten bij wie sprake is van een indicatie met een onbepaalde behandelingsduur, kunnen tijdens een medicatiebeoordeling tussen huisarts, apotheker en trombosedienstarts bij polyfarmaciepatiënten het cumarine ook worden meegenomen.
  • Vanwege de wisselingen in de dosering van het cumarine, wordt opname van een cumarine in een medicijnrol (het zogenaamde baxteren) dringend afgeraden.
  • Bij start van een cumarinebehandeling kan een TAR tijdelijk gestopt worden. Bij het stoppen van de cumarinebehandeling is overleg over herstart van de TAR nodig door de voorschrijver van cumarine.

Behandeling met een TAR of LMWH

4.1. Patiënt start met een TAR of LMWH

 

  • De apotheker vraagt bij een voorschrift van een TAR of LMWH bij een patiënt die al een ander antistollingsmiddel gebruikt, indien nodig, bij de voorschrijver na, of bewust voor de combinatie gekozen is.
  • Als de stopdatum van de TAR of LMWH bekend is, neemt de apotheker deze op in het AIS. De trombosedienst geeft de stopdatum van LMWH door aan apotheek en huisarts.
  • De apotheker attendeert de voorschrijver van de TAR als er geen maagbeschermer is voorgeschreven terwijl dit wel wenselijk is.
  • De apotheker geeft per fax aan de trombosedienst door als de patiënt behalve een cumarine ook een TAR of een ander geneesmiddel dat de bloedstolling kan beïnvloeden gebruikt (F: 0543-544108).

 

4.2 Patiënt gebruikt een TAR of LMWH

 

4.2.1 Medicijnverandering

  • De apotheker controleert of voorgeschreven geneesmiddelen interacteren met het middel dat de bloedstolling vermindert en overlegt zo nodig met de voorschrijver

 

4.3 Patiënt stopt met een TAR of LMWH

 

  • De apotheker verwerkt de stopdatum van het middel in zijn AIS.
  • De apotheker vraagt bij de voorschrijver na of behandeling moet worden gecontinueerd, als na de stopdatum alsnog een recept wordt aangeboden.
  • Indien niet doorgegeven door de voorschrijver vraagt de apotheker bij de voorschrijver die de behandeling heeft gestart na, of de behandeling moet worden gecontinueerd bij verstrijken van de machtigingsperiode van de clopidogrel of prasugrel.
  • De apotheker ontvangt een fax van de trombosedienst als de LMWH of een TAR gestopt wordt door de trombosedienstarts.

 

Aandachtspunt

  • Een TAR kan bij de start van de cumarinebehandeling tijdelijk gestopt worden. Wanneer de cumarinebehandeling stopt, is overleg over de herstart van de TAR noodzakelijk.

Literatuur en bronvermelding

Standaard afhandeling cumarine (VKA)-interacties:

Deze standaard is een tabel die is samengesteld in samenwerking tussen de Federatie van Nederlandse Trombosediensten (FNT) en de Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering der Pharmacie en de Stichting Health Base. In te zien op de website van de FNT: www.FNT.nl

Bijbehorende documenten

Document eigenschappen

Auteurs: Erwin Kemna, Ada van den Heuvel, Hannie Straaijer

Eigenaar: Hannie Straaijer en Erwin Kemna

Vaststellingsdatum: augustus 2022

Revisiedatum: augustus 2025